VERKLEIN JE SIERRAAD OP TIJD.
Om de levensduur van je piercing te garanderen, zorg ervoor dat je het op tijd verkleint.
-
ZWELLING.
Na het krijgen van een piercing is de eerste sieraden iets groter om ruimte te geven voor zwelling. Naarmate de piercing geneest en de zwelling afneemt, voorkomt het dragen van kleinere sieraden irritatie en helpt het genezingsproces.
-
VAST KOMEN TE ZITTEN.
Langere staven kunnen vast komen te zitten in kleding of haar, wat het genezend weefsel kan beschadigen en het genezingsproces kan vertragen. Kleinere sieraden verkleinen het risico op per ongeluk vastlopen en beschermen de piercing.
-
SCHEEF GROEIEN.
Het dragen van langere of te grote sieraden kan ervoor zorgen dat het piercinggaatje scheef of onder een hoek groeit, vooral bij kraakbeenpiercings. Grotere sieraden zetten druk op de piercing, waardoor deze kan kantelen of kromtrekken.
-
BACTERIËN.
Het dragen van kleinere sieraden vermindert de ruimtes waar schadelijke bacteriën zich kunnen verstoppen en groeien. Langere sieraden laten de piercing in en uit bewegen, waardoor bacteriën in en uit het gaatje kunnen komen.
→
-
ESTHETIEK.
Het kiezen van de juiste maat sieraden zorgt ervoor dat de piercing er beter uitziet. Een kortere barbell zorgt ervoor dat het sieraad goed zit en er mooi uitziet, zonder dat het uitsteekt of raar lijkt.
→
-
AFWIJZING.
Het is belangrijk om te onthouden dat het moment om over te schakelen naar kleinere sieraden voor iedereen en elke piercing anders kan zijn. Het is het beste om met je piercer te overleggen over het juiste moment voor jou, afhankelijk van hoe je piercing geneest.
ZORG VOOR JE PIERCING.
Houd in gedachten dat het verzorgen van je piercing, inclusief het op tijd verwisselen naar kleinere sieraden, cruciaal is voor een succesvol genezingsproces. Volg de instructies van je piercer zorgvuldig en aarzel niet om vragen te stellen als je zorgen hebt.